vrijdag 29 maart 2013

Boeuf Bourguignon


Inmiddels klaagt bijna iedereen over het weer. Pasen wordt misschien wel kouder dan de kerst. We moeten het er mee doen en kunnen ons maar beter aanpassen. Dikke sjaal om en handschoenen aan!
Het koude weer kost energie, dus voor mij dagelijks een excuus om veel te eten en ook om een winterse stoof te maken. Het kookboek van Julia Child is het dikste kookboek in mijn kast...maar liefst 1000 pagina's. Vooral gerechten uit de Franse keuken en handige uitleg hoe je een goede omelet maakt of een groot stuk vlees uitbeent. Als je behoefte hebt aan mooie klassieke recepten met gedetailleerde uitleg van kooktechnieken kan ik De Kunst van het Koken zeker aanraden. Ik heb het recept wel iets aangepast. Begin vroeg met koken, want het vlees moet de hele dag sudderen (6-8 uur).

Ingrediënten voor 4 personen
200 gram spek
1000 gram runder- of sucadelappen
1 winterwortel
1 ui
2 eetlepels bloem
500 gram champignons
1 potje met zilveruitjes
1 eetlepel tomatenpuree
2 teentjes knoflook
1 eetlepel tijm
1 laurierblad
1 fles rode wijn
1 pot runderfond (400 of 500 ml)
peper/zout
roomboter/olijfolie
400 gram pasta

Zet een koekenpan op het vuur. Bak de spekjes uit en schep ze uit de pan met een spatel. Zet ze apart. Was de pan niet af. Hak de chamignons in vieren en bak in het spekvet. Indien er te weinig vet in de pan zit, kan je een lepel boter of olijfolie toevoegen. Bak de champignons bruin (in 2 porties). Zet ook de champignons apart. Was opnieuw de pan niet af! Snijd het vlees in stukken. Dep droog met een stuk keukenpapier (het vlees wordt niet bruin als het vochtig is). Peper en zout het vlees. Voeg 2 eetlepels boter toe aan de (vieze) koekenpan en bak het vlees bruin. Doe niet al het vlees in één keer in de pan, want dan gaat het sudderen. Bak het liever in 3 porties. Terwijl het vlees bakt, kan de wortel in plakjes worden gesneden en de ui in ringen. Als het vlees bruin is, kan dit tevens apart worden gezet. Je raad het al: ook de wortel in ui kan worden gebakken in de pan waar de andere ingrediënten al zijn gebakken. Zo krijgt de boeuf bourguignon een volle smaak! 

Zet een braadpan op het vuur. Voeg 2 eetlepels boter toe en doe als deze warm is de vlees met het spek in de pan. Strooi de bloem over het vlees en roer het er doorheen. Voeg de runderfond toe en vervolgens de rode wijn. Ongeveer 3/4 fles. Het vlees moet net onder staan. Voeg de tomatenpuree, de knoflook (dunne plakjes), de tijm en het laurierblad (verkruimeld) toe. Breng het aan de kook. Zet dan het vuur laag en doe een deksel op de pan. Gebruik voor het sudderen een klein pitje of zo'n plaatje dat je op de gaspit kan zetten. Laat het vlees een aantal uren sudderen tot het heerlijk zacht is geworden (bij mij duurde het ongeveer 6 uur). Een uur voor het serveren kunnen de champignons, wortels, uien en (uitgelekte) zilveruitjes worden toegevoegd. Voeg naar smaak nog wat peper en zout toe. 



Door het gebruik van de bloem, is de saus als het goed is al mooi lobbig. Als je het toch nog te waterig vindt, kun je het vuur nog even hoog zetten en het vocht verder laten inkoken.
Kook de pasta gaar zoals op het pak vermeld staan. Serveer met een frisse salade. 

vrijdag 15 maart 2013

Lasagne met Paddenstoelen


Aangezien ik nu eenmaal mijn kookbijbel heb gevonden, kook ik de afgelopen dagen enkel vegetarische recepten (hoewel...op dit moment staat er op mijn gasfornuis rundvlees te sudderen naar recept van Julia Child). 
Opnieuw een recept uit Vegalicious: een heerlijke lasagne, die niet zo zwaar op de maag valt. Ik heb het recept een klein beetje aangepast. In het boek staat dat je voor 6 a 8 personen 300 gram paddestoelen moet gebruiken. In mijn keuken blijft van 300 gram paddestoelen bar weinig over na het bakken. Ik gebruikte deze hoeveelheid voor een lasagne van 2 a 4 personen. De lasagne wordt in het boek opgebouwd door een afwisseling van een laagje lasagnevel met paddestoelen en een laagje lasagnevel met bechamel. Als je de lasagne zo zou willen opbouwen, zou ik een dubbele hoeveelheid bechamel maken. Ik had het recept echter niet zorgvuldig gelezen. Ik heb de lasagne namelijk opgebouwd uit laagjes lasagnevel met bechamel en paddestoelen erop. Ook lekker. Hierbij het recept hoe ik het heb gemaakt. 

Ingrediënten voor 2-4 personen
Bechamelsaus (klik hier)
Klontje boter om ovenschaal in te vetten
250 gram verse lasagne vellen (verkrijgbaar bij de AH)
300 gram gemengde paddenstoelen
30 gram boter
2 teentjes knoflook (dunne plakjes)
1 grote hand met basilicumblaadjes
Parmezaanse kaas
1 bol buffelmozzarella
peper en zout

Maak de bechamelsaus. Verwarm de oven voor op 180 graden. Vet een aardewerken ovenschaal in met boter. Hak de paddestoelen in kleine stukjes. Zet een koekenpan met boter op het vuur en fruit de paddestoelen in twee porties (anders is de pan te vol en gaan de paddenstoelen stoven in plaats van bakken). Voeg peper en zout toe. Voeg als de paddenstoelen bruin worden de knoflook toe en laat 2 minuten meebakken. Zet de paddesntoelen apart.
Leg in de ovenschaal een eerste laag lasagnavellen. Voeg een dun laagje paddenstoelen toe en bestrooi met basilicum (maak geen dikke lagen, liever meer dunne lagen).



Leg een velletje lasagne op de paddenstoelen en voeg er met een lepel een dunne laag bechamelsaus op. Klein beetje peper en zout en strooi er wat Parmezaanse kaas overheen. 

Voeg dan opnieuw een dun laagje paddenstoelen toe met basilicum. Laagje lasagne en weer laagje met bechamel en paddenstoelen. Ga hier mee door tot de paddenstoelen op zijn (ik had 3 laagjes paddenstoelen). Eindig met een laatste velletje lasagne met bechamelsaus erop. Zorg dat de hele laag lasagnevellen goed besmeerd zijn met bechamel, want anders worden de vellen hard in de oven. Verdeel de mozzerella erover en bestrooi met Parmezaanse kaas. Bak de lasagne in ongeveer 35 minuten gaar in de oven. 



Eet smakelijk!





Bechamelsaus

Met deze hoeveelheid bechamelsaus kun je een lasagne maken voor 4 personen. Maak de bechamel zelf in plaats van uit een pakje! Veel lekkerder en niet moeilijk te maken.

Ingrediënten 
500 ml. volle melk
1 sjalotje in tweeën gesneden
1 laurierblad
5 zwarte peperkorrels
30 gram boter
30 gram bloem
nootmuskaat
peper/zout

Schenk de melk in een steelpannetje en voeg de sjalot, laurierblad en de peperkorrels toe. Breng aan de kook, haal van het vuur en laat 20 minuten trekken. Zeef de melk.
Laat in een andere pan 30 gram boter smelten en voeg de bloem toe. Klopt het tot en glad beslag.
 
Laat ongeveer 1 minuut al roerend op zacht vuur koken en schenk er dan kleine hoeveelheden melk bij. Ik deed het soeplepel per soeplepel. Gebruik een garde om klontjes te voorkomen. Breng de saus als alle melk erbij is geschonken, aan de kook. Laat 2 minuten zachtjes koken op een laag vuur. Voeg peper, zout en nootmuskaat naar smaak toe. Als je de bechamel niet direct gebruikt, is het handig om de saus af te dekken met folie zodat er geen vel (blegh) op komt. 


zondag 10 maart 2013

Aardappelkoekjes met olijven, een gepocheerd ei en Salsa Verde

Vorige weekend probeerde ik een recept te maken wat ik vervolgens op het blog zou kunnen zetten. Het was een Indiaas gerecht met veel verschillende kruiden. Het rook heerlijk, maar de smaak viel erg tegen. Op één of andere manier had het totaal geen volle samenhangende smaak. Misschien heb ik voor het Indiaase koken nog niet zoveel gevoel, maar eigenlijk zou dat met een goed kookboek niet moeten uitmaken. 
We hebben op dit blog al eerder verwezen naar het kookboek Vegalicious. Een heerlijk vegetarisch kookboek, ook voor de niet vegetariër (dus geen standaard groentenrecepten zonder smaak). Elk recept dat wij tot nu toe hebben gekookt smaakte heerlijk en was ook nog eens redelijk makkelijk te maken. Als ik over een kookbijbel zou moeten spreken, is dit er zeker één. Gister hebben we Aardappelkoekjes met een gepocheerd ei en Salsa Verde gemaakt....VERRUKKELIJK!



Het Salsa Verde recept kun je hier vinden. Het gepocheerde ei bleek een uitdaging te zijn. Na drie pogingen en gevloek pas gelukt.  Maar in het recept geef ik een makkelijk methode die prima werkt. Wij aten er sla met wat tomaatjes, cranberry's  en zonnebloem pitjes bij (dressing van olie en balsamico). Elke andere simpele salade is ook prima. Dit recept is oorspronkelijk voor 4 personen. Wij hebben het met zijn tweeën helemaal opgegeten, maar zijn dan ook grote eters.

Ingrediënten 2-4 personen
*500 gram vastkokende aardappels
*2 fijn gehakte sjalotjes
*2 eetlepels gehakte kalamata olijven (of andere zwarte olijf die in ieder geval paars van kleur is. De pikzwarte olijven hebben geen smaak)
*1 eetlepel fijn geknipte of gehakte peterselie
*50 gram pecorino (1 deel geraspt, andere deel apart houden en later in snippers over de koekjes)
*1 flinke eetlepel bloem (en wat om je handen te bestuiven)
*3 of 5 eieren (afhankelijk of je het recept voor 2 of 4 personen maakt)
*3 a 4 eetlepels olijfolie
*2 eetlepels boter/kokosolie (daar bak ik tegenwoordig in)
*zout en peper
*4 eetlepels Salsa Verde (zie link hierboven)

Was de aardappels schoon en kook ze 15-20 minuten tot ze zacht zijn. Giet de aardappels af en laat 15 minuten afkoelen. Rasp de aardappels in een kom (zoals met rösti). Voeg de sjalotjes, olijven, peterselie en 1ste deel geraspte pecorino toe. Voeg peper en een beetje zout toe. Proef of het voldoende op smaak is. 

Klop het ei los en voeg de meel er doorheen. Meng dit door de aardappelmix. Bestuif je handen met wat meel en maak 8 koekjes op een plaat/bord met bakpapier. 


Zet ze voor ten minste 1 uur in de koelkast, maar liever nog langer. De reden hiervan weet ik niet precies, maar waarschijnlijk op de koekjes stevig te laten worden waardoor ze later makkelijker te bakken zijn. Nu kun je tussendoor de Salsa Verde maken.

Verwarm de oven voor op 70 graden. Op deze manier kan je tijdens het bakken en het pocheren van het ei de aardappelkoekjes warm houden voor je ze serveert. Smeer de koekjes in met olie. Zet een pan op het vuur en voeg 1 eetlepel boter/kokosolie toe. Zodra de pan warm is kunnen de koekjes op laag vuur in ongeveer 4 minuten aan beide kanten bruin worden. Ik heb ze in twee porties gebakken. 


Als de aardappelkoekjes zijn gebakken en in de oven staan, kan het ei worden gepocheerd. Wat een k.. klus. Ik heb het één keer geprobeerd door ze gewoon los in een pan kokend water (met azijn) te laten glijden. Werkte voor geen meter, want het eiwit viel helemaal uiteen. Waarschijnlijk omdat het geen kakelvers eitje was, zoals hierbij zou moeten. Vervolgens een kopje gepakt met plastic keukenfolie. Ei er in, dichtbinden en de pan in. Argghhhh....ei blijft plakken aan het plastic en barst open voordat het op het bord ligt. Drie maal is scheepsrecht, dus de laatste poging. Het zal het vals spelen zijn, met keukenfolie, maar het werkt goed en je kunt ook nog meerdere eitjes tegelijkertijd porcheren. 



Leg keukenfolie over een kopje en duw de binnenkant naar beneden. Pak een kwastje en wat olie en smeer het plastic goed in!!!







Breek voorzichtig het eitje in het plastic, zodat de dooier heel blijft.
Draai de bovenkant goed dicht, zodat er geen water in kan lopen. 
Zet het vuur laag en voeg de pakketjes toe. Laat 3 minuten koken, tot het eiwit gestold is en haal uit de pan. Maak voorzichtig het plastic los en laat het ei op het bord glijden. Als het goed is, gaat dit door het met olie ingesmeerde plastic heel makkelijk.

Als de ei op het bord ligt, kunnen de aardappelkoekjes uit de oven worden gehaald. Serveert op een bord 2 a 3 koekjes. Doe hier 2 eetlepels Salsa Verde over. Serveer met sla en schaaf het overgebleven deel prcorino over de bordjes. Eet smakelijk!


zaterdag 9 maart 2013

Salsa Verde




Salsa Verde is heerlijk om bij een stukje kabeljauw of bijvoorbeeld een gegrilde entrecote te eten. Het is rijk aan smaak. Met de kruiden kun je variëren: ook bieslook of basilicum worden vaak gebruikt. Een ansjovis erdoor is ook erg lekker. 


Ingrediënten
1 grote hand blad peterselie
1 grote hand munt
1 flinke knoflook teen
2 eetlepels uitgelekte kappertjes
1,5 eetlepel dijon mosterd
2 eetlepels rode wijn azijn
75 a 90 ml olijf olie (ongeveer 6 eetlepels)
peper/zout

Hak de blaadjes van de munt en peterselie fijn. Dit gaat erg makkelijk door de kruiden als een propje bij elkaar te pakken op een snijplak. Snijd fijn met een scherp mes. Doe de kruiden in een kom. Snijd of pers de knoflook fijn en hak de kappertjes. Voeg toe aan de kruiden. Meng nu de olijfolie, rode wijn azijn en dijon mosterd er doorheen. Breng op smaak met wat peper en een klein beetje zout. 

dinsdag 5 maart 2013

Omelet met kastanjechampignons

Wat was het vandaag een heerlijke lente dag! Daar zijn de Yika's na een lange februari maand wel aan toe. Genoeg reden om na het werk nog lekker van de buitenlucht te genieten en niet te snel naar binnen te gaan. Met dit recept doen we de blognaam eer aan....een makkelijk recept dat na een lange dag buiten in een hand omdraai op tafel staat. Simpel en lekker.

Ingrediënten voor 2 personen (2 broodjes p.p.)
4 sneden bruin brood
5 eieren
scheutje melk
tabasco
1 bakje kastanjechampignons
1 sjalotje
1 teen knoflook
1 eetlepel (blad)peterselie
1 eetlepel citroensap
vers gemalen peper en zout
3 eetlepels boter

Zet een pan op het vuur en doe 1,5 eetlepel boter in de pan. Snijd terwijl de boter heet wordt de champignons in plakjes. Boen ze indien nodig een beetje schoon. Was ze niet, want dan zuigen ze te veel water op en kunnen ze niet meer goed worden gebakken (smoren dan in eigen vocht). Voeg de champignons toe als de boter heet is. Roer niet direct in de pan, maar laat even goed aanbakken. Snijd in de tussentijd de knoflook en het sjalotje in dunne plakjes. Hussel de champignons om en voeg peper en zout toe. Laat weer even bakken en voeg dan de knoflook en sjalot toe. Hak de peterselie fijn en voeg toe samen met de citroensap. Roer de champignons nog 1 keer door en haal dan de pan van het vuur. Zet de champignons apart (in een bakje, want de pan heb je straks weer nodig voor het ei). Kluts vijf eitjes met een scheutje tabasco (naar smaak), peper/zout en een scheutje melk. Zet de pan opnieuw op het vuur en voeg de overige 1,5 eetlepel boter aan de pan toe. Laat op een middelhoog vuur warm worden. Doe de ei in de pan en verdeel vervolgens de champignons over het ei. Laat het ei gaar worden. Duw met een spatel zo nu en dan de reeds gare ei een beetje naar voren zodat je er, als je de pan scheef houdt, het vocht van bovenkant in kan laten lopen. Op deze manier is de omelet sneller klaar, zonder dat het ei erg droog wordt. Als de omelet gaar is, kan deze worden geserveerd op twee stevige bruine boterhammen (met boter).